overmeesteren
Néerlandais
Étymologie
- Étymologie manquante ou incomplète. Si vous la connaissez, vous pouvez l’ajouter en cliquant ici.
Verbe
| Présent | Prétérit | |
|---|---|---|
| ik | overmeester | overmeesterde |
| jij | overmeestert | |
| hij, zij, het | overmeestert | |
| wij | overmeesteren | overmeesterden |
| jullie | overmeesteren | |
| zij | overmeesteren | |
| u | overmeestert | overmeesterde |
| Auxiliaire | Participe présent | Participe passé |
| hebben | overmeesterend | overmeesterd |
overmeesteren \Prononciation ?\ (voir la conjugaison)
- dominer par la force, soumettre
Nadat een agent maandag in Molenbeek werd gefilmd terwijl hij buitensporig geweld gebruikt tegen een overmeesterde man, heeft de politiezone Brussel-West nog geen weet van een klacht die werd ingediend door het slachtoffer.
— (BELGA, « Brusselse politieman op non-actief gezet na schoppen overmeesterde man », Standaard.be, 21 mai 2019)- La traduction en français de l’exemple manque. (Ajouter)
Cet article est issu de Wiktionary. Le texte est sous licence Creative Commons – Attribution – Partage à l’identique. Des conditions supplémentaires peuvent s’appliquer aux fichiers multimédias.